Zes maanden geleden had zij een man leren kennen via een datingsite. Het bleek een geweldig lieve en attente man te zijn die haar echt in de watten legde, wat ze niet kende van haar huwelijk met een alcoholist en ook niet toen ze als gescheiden vrouw nog enkele keren een beginnende relatie kreeg. Ze deden veel samen en waren regelmatig bij elkaar. Dat ging allemaal prima, tot hij de vorige week op een ochtend al om een uur of acht aanbelde, zij deed hem open en hij schreeuwde:
“Waar is hij?”
Zij begreep die vraag niet en vroeg hem over wie hij het had en wat hij bedoelde. Daarop antwoordde de man dat hij wel wist dat er die nacht een man bij haar was geweest. Gelijk liep hij door naar de slaapkamer en keek daar rond, keek onder het bed en in de kasten. Ze vroeg hem hoe hij daar bij kwam en zei hem dat hij voor haar de enige man was. Maar hij was zo boos op haar en niet voor rede vatbaar, dat ze hem uiteindelijk de deur uitgezet heeft, omdat hij haar zo onterecht beschuldigde. Door deze gebeurtenis voelde ze dat het beter zou zijn om de relatie te beëindigen en dat liet ze hem weten.
Toen begon het. Hij ging haar stalken, reed rondjes rond haar werk op tijden dat zij er naartoe moest of klaar was met werken, belde haar dochter en haar moeder om hun te vertellen wat voor een rotvrouw zij was en liep ook steeds weer om het appartementengebouw waar ze woonde. Zij kon er al dagen niet meer van slapen vertelde ze mij. Dat vond ik erg voor haar, ik stelde haar voor om allebei te bidden zodat zij en de man hulp zouden kunnen krijgen. Dat vond zij fijn en ze vertelde dat ze ook gelovig is.
Ongeveer een week later kwam ik haar weer tegen en vroeg ik haar of ze die man nog gezien had. Nee, ze had hem helemaal niet meer gezien, en ze was zo blij en dankbaar dat ons gebed verhoord was. In stilte heb ik ook Jezus bedankt.